Op 2 november 2016 heeft de Raadscommissie Wonen van de gemeente Amsterdam gesproken over het voorstel van de Partij voor de Dieren om de verkoop van kreeften en krabben op Amsterdamse markten te verbieden. Centraal stond hier de in opdracht van de Vissenbescherming en de Dierenbescherming uitgevoerde publieksenquête Motivaction over kreeften en krabben. De uitkomsten van de enquête laten zien dat de meerderheid van de Nederlandse bevolking kreeften en krabben beschouwt als dieren met gevoel die pijn kunnen ervaren en die daarom niet levend met vastgetapete scharen in winkels en op markten te koop mogen worden aangeboden. De Vissenbescherming heeft tijdens de vergadering mogen inspreken en heeft een drietal argumenten aangevoerd om de verkoop van levende kreeften en krabben op de Amsterdamse markten te verbieden. De wethouder die eerder had betwijfeld of er wel voldoende maatschappelijk draagvlak was voor een verbod, kreeg te horen dat dat draagvlak er wel degelijk is blijkens de enquête. De wethouder vroeg zich tijdens de zitting vervolgens af of het niet beter zou zijn om dit landelijk te verbieden. Een aantal raadsleden zagen hierin een poging om het verbod op de lange baan te schuiven. De Partij voor de Dieren zal het verbod weer op de agenda van de gemeenteraad zetten. Wij menen dat de gemeente Amsterdam als vergunningverlener voor de markten hier een eigen verantwoordelijkheid heeft. Een Amsterdams verbod zou zeker ook verboden in andere gemeenten of zelfs een landelijk verbod kunnen bevorderen.
